Zuid-Afrika wordt doorgaans in verband gebracht met HIV/Aids. Maar kanker is een goede tweede killer. Naar Amerikaans model was er in Durbans Suncoast Casino een fundraising show geörganiseerd: Night of a 100 Stars. Ik weet niet of we dat in Nederland ook hebben; ik ben bekend met een klassiek benefietconcert, maar dat zal wel te maken hebben met die ivoren toren waar ik mijn hele leven in gezeten heb.
Suncoast Casino is op zichzelf al iets tamelijk bizars. Een reusachtige shopping mall aan het strand die elke avond gehuld is in paars, groen en geel TL-licht dat opdringerig over je netvlies flikkert. Als je de kermispoorten eenmaal gepasseerd bent, loop je door hoge marmeren gangen langs een aaneenrijging van gok- en steaktenten.
Binnen – zoals in zoveel shopping malls – vind je eigenlijk alleen maar Indiërs. Er zijn mooie sociologische verklaringen voor te vinden: mensen die voorheen niet veel te besteden hadden, maar nu wel, vinden een omgeving met veel winkels per definitie niet vervelend. Witten hebben een zuipcultuur, dus die zitten zich op hun vrije avond in een café vol te gieten, terwijl Indiërs niet zuipen en dus met het hele gezin ijsjes eten onder paars kunstlicht en tussendoor shooter games spelen.
[Ik weet er nu alles van, want als aanhang van een Indiër ruil ik het café ook op gezette tijden eens in voor de ijsjes, shooter games en het paarse kunstlicht, maar ik houd het niet heel lang vol.]
The Night of a 100 Stars was een verlengstuk van Suncoast Casino: een feesttent met zwarte satijnen bekleding, plastic kroonluchters, een gemoedelijk klonkerende snare drum band, steltlopers, vuurspuwers en… een hele hoop Indiërs.
De show werd verzorgd door soapsterren, een aantal erg goede cabaretiers, een plaatselijke rapbekendheid, popzangers en een popband met Mageshen en zijn makkers. Hij is een van Zuid-Afrika’s beste jazzgitaristen. ‘Maar ik kan ook hartstikke goed rocken’, verzekert hij me. ‘Just wait and see.’ Dus ik kon niet wachten hem te zien raggen en janken op zijn gitaar.
Ik zat aan een ontieglijk saaie tafel met allemaal witten, die de show blasé over zich heen lieten komen. Een übernichterige marketingjongen van de schouwburg, een ouder Amerikaans echtpaar en twee domme blondjes van een reclamebureau die – ongelogen – Kelly en Jackie heetten. Ze waren vanavond gewoon aan het werk, antwoordden ze op mijn vraag wat ze hier bracht, en terwijl ze nog een loempia in hun mond schoven, bediscussieerden ze hun nieuwe dieet.
En jij, vroeg ik aan de schouwburgnicht. ‘I am here to support cancer, of course!’ kraaide hij. Wat een slordig taalgebruik voor iemand die kunst met woorden moet zien te verkopen, dacht ik, maar later kwam ik erachter dat het de naam van de Zuid-Afrikaanse kankerbestrijding is die slordig is: CanSA. Dat spreek je hetzelfde uit als cancer. De hele avond klonk het alsof iedereen er was om cancer te steunen. Wat suf.
En ik was er dus om mijn vriendje te zien raggen op zijn gitaar en daarmee was ik de enige die toegaf er te zijn om vermaakt te worden, want daar was de avond voor. Vermaakt worden en daarna geld storten. Het ging niet echt over kanker, want dat is niet vermakelijk. De popzangers zongen vals. De caberetiers waren fantastisch met snijdende, cynische moppen over culturele verschillen, onveiligheid en racisme in Zuid-Afrika, en Mageshen ragde erop los in een Michael Jackson Medley. Ik had een geweldige avond.
En na afloop ‘hanging with the boys’. Wat dat betreft zijn alle musici hetzelfde, klassiek, jazz, pop. Optreden en daarna bier, fastfood en vieze moppen om te ontladen.
Voor het eerst ben ik me bewust van mijn positie daarin. Met mijn vorige musicus boyfriend in Europa was ik nooit de enige aanwezige vrouw na een concert. Als je de Wiener Philharmoniker buiten beschouwing laat, zitten in een symfonieorkest genoeg vrouwen die ook van bier en vieze moppen houden. Maar de jazzwereld is nog grotendeels een mannenwereld en het is buiten Europa minder normaal dat vrouwen alcohol drinken. De aanwezigheid van een vrouw tijdens een ‘boys night out’ verandert de dynamiek volledig. Maar ik ben een moeilijk geval. ‘You’re one of the boys, because you drink beer’ zegt Mageshen. Dat vinden zijn makkers superstoer, maar welke moppen kun je wel en niet tappen? Tja.
zondag 16 augustus 2009
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten